Extra aandacht voor kasteel Keenenburg in Museum Het Tramstation

In het kader van de Museumweek leidt Jacques Moerman op zaterdag 1 april en zondag 2 april vanaf 15.00 uur bezoekers rond in Museum Het Tramstation, Otto van Zevenderstraat 2 te Schipluiden.

Naast de vaste collectie in de Keenenburgkamer wordt in het museum momenteel ook de relatie van het kasteel met het water in beeld gebracht. In een aparte brochure worden twaalf aspecten van deze bijzondere band besproken. De Keenenburg had meerdere bruggen, een waterput, een overdekt schuitenhuis en een windas, waarmee scheepjes over de Singel werden gehaald. De heer van Keenenburg was naast de stad Delft de belangrijkste financier van de trekvaartroute, die in 1645 tussen Delft en Maassluis in gebruik werd genomen.

In de wachtkamer van het museum zijn nog nooit eerder getoonde vondsten van het kasteel te zien. Vrijwilligers, die het archeologische materiaal hebben uitgezocht en bewerkt, tonen in aparte vitrines het leer van schoenen, aansprekend botmateriaal, metalen voorwerpen, pijpenkoppen, uniek glaswerk en Delfts blauw.

Belangstellenden zijn a.s. zaterdag en zondag hartelijk welkom. De toegang is kosteloos. Een vrijwillige bijdrage voor het museum wordt op prijs gesteld.

Dubbeltentoonstelling kasteel Keenenburg

Dubbeltentoonstelling ‘Relatie van de Keenenburg met het water en een kijk op de bewerkte vondsten van dit kasteel’ van 2 februari t/m eind juli 2023.

De tentoonstelling in Museum Het Tramstation is op 2 februari 2023 geopend door Melanie Oderwald-Ruijsbroek, wethouder van Cultuur van de gemeente Midden-Delfland.

In zes banners wordt in het museum dit aspect in beeld gebracht en toegelicht. Deze presentatie valt samen met een blik op de bewerking van de vondsten van het kasteel door een vaste groep vrijwilligers. Voor het eerst worden van de Keenenburg belangrijke delen van de collectie leer, bot en metaal getoond, aangevuld met glaswerk, aardewerk, tabakspijpen en aansprekend beeldmateriaal. De vrijwilligers hebben zelf de vitrines ingericht, waardoor de uitstalling zeer gevarieerd is geworden.

Vorig jaar verscheen in het Historisch Jaarboek Schipluiden en in een aparte brochure een artikel over de band van de Keenenburg – een echte waterburcht – met het water. Deze is als syllabus bij deze tentoonstelling verkrijgbaar voor vijf euro.

Openingstijden van Museum Het Tramstation: woensdag, zaterdag en eerste zondag van de maand van 14.00-16.00 uur. De toegang is gratis. Een vrije gift wordt op prijs gesteld.

Landschapsbiografieën van Midden-Delfland

Opvallende kijkjes op het landschap in het verleden en heden, met ook een blik op de toekomst TU Delft i.s.m. Historische Vereniging Oud-Schipluiden.

De expositie bestaat uit ontwerpen en landschapswerkstukken van 45 internationale studenten van de Technische Universiteit Delft. Zij volgden dit jaar de mastertrack Landschap Architectuur van de Faculteit Bouwkunde. De studenten hebben negen weken Midden-Delfland bestudeerd.

De studenten maakten een ‘landschapsbiografie’. Deze analyseert het verhaal hoe en waarom mensen hun omliggende landschap in het verleden steeds hebben veranderd. De veranderingen in het landschap vormen de basis van het verhaal en de mensen die het landschap veranderden zijn de auteurs. Het (historisch) gebruik en de betekenis van het landschap worden op deze wijze onderzocht en gevisualiseerd. De verhalen die hieruit naar voren zijn gekomen, zijn door de studenten verbeeld in een ‘object’ waarin erfgoed een leidend motief vormt.

De tentoonstelling duurt nog tot half januari 2023.

Stationskamer wordt Vervoerskamer

In Museum Het Tramstation werd lange tijd alleen aandacht besteed aan het vervoer per trein of tram. Dit ligt ook voor de hand, want het tramstation is vanaf 1912 tot 1968 in gebruik geweest bij de Westlandsche Stroomtram Maatschappij (WSM). Vanaf heden wordt er in de Stationskamer ook aandacht besteed aan het vervoer, dat aan het transport per rail vooraf is gegaan. Vanaf 1645 tot 1870 voer zesmaal per dag een trekschuit tussen Delft en Maassluis en tweemaal tussen Delft en Vlaardingen. Ook was er nog vervoer van visschuiten, zandschuiten en lokale bodeschippers.

Schipluiden was een echte passageplaats. Vanaf 1850 tot 1950 bloeide het dorp vanwege de aanwezigheid van een flink aantal lokale vrachtvaarders. Het is dus logisch om ook aan deze vorm van vervoer in het museum aandacht te besteden. Dankzij financiële steun van de Provinciale Erfgoedtafel Trekvaarten kon de Historische Vereniging Oud-Schipluiden een aantal originele stukken aanschaffen, zoals een model van een trekschuit, een reglement uit 1715 voor de trekschuitschippers, een kaartje uit ca. 1750 met de regionale trekschuitverbindingen en oude afbeeldingen van het vervoer over water. Enkele sleeën richten de blik op het vervoer over het ijs.

Op vrijdag 2 september openden Melanie Oderwald-Ruijsbroek, wethouder van Cultuur van Midden-Delfland en Anne-Marie van Brecht, adviseur Cultureel erfgoed Zuid-Holland, de nieuw ingerichte Vervoerskamer. Zij deden dit door respectievelijk op een conducteursfluit en een scheepstoeter te blazen. Deelnemers aan de Provinciale Erfgoedtafel Trekvaarten, die eerder in de raadszaal van het gemeentehuis van Midden-Delfland een bijeenkomst hadden, waren getuige van deze opening.

Liefhebbers van het vervoer in Midden-Delfland zijn in het Monumentweekend op 10 en 11 september van 11.00 tot 17.00 uur welkom in Museum Het Tramstation, Otto van Zevenderstraat 2 te Schipluiden. Op zaterdag 10 september begeleidt de folkgroep van Ko Arkesteijn van 14.00 tot 16.00 uur de bezoekers met middeleeuwse muziek en volksdans melodietjes. De toegang is gratis.